Watersysteem - Alarmen

Er zijn een aantal mogelijke oorzaken voor een watersysteemalarm. Het is mogelijk dat een EC-, pH-, debiet-, of EC-voorregelingsalarm een watersysteemalarm activeert. Het is ook mogelijk dat het watersysteemalarm door een externe toestand is geactiveerd. U kunt Alarmtype watersysteem instellen op HARD als u de alarmbellen wilt activeren wanneer er een alarmtoestand is, of u kunt het alarmtype instellen op STIL als u de alarmbellen niet wilt activeren. Als de Herstart watersysteem automatisch na vrijgave van externe halt is ingesteld op JA, wordt het watersysteem vrijgegeven zodra het contact van de externe halt is vrijgegeven. Als hier NEE is ingesteld, moet het alarm voor de externe halt worden bevestigd voordat deze wordt vrijgegeven.

Een debietalarm kan worden geactiveerd doordat het gemeten debiet boven of onder het ingestelde debiet komt. Het kan ook worden geactiveerd doordat het verschil tussen het gemeten en het verwachte debiet boven bepaalde drempelwaarden ligt.

Als Stop watersysteem gedurende debietalarm is ingesteld op JA, wordt het watersysteem gestopt en worden eventuele irrigatiekranen die actief zijn uitgeschakeld zodra het debietalarm wordt geactiveerd. Het watersysteem en de irrigatiekranen worden opnieuw gestart zodra het debietalarm is bevestigd. Als u door wilt gaan in het geval van een debietalarm, moet u Stop watersysteem gedurende debietalarm instellen op NEE.

Vertraging voor activering debietalarm is de hoeveelheid tijd gedurende welke het debiet buiten de alarmgrenzen valt voordat het alarm wordt geactiveerd. Deze vertraging wordt gebruikt zodat de eerste stroom water die optreedt wanneer een systeem voor het eerst opstart en de debietverschillen wanneer de kranen openen en sluiten geen onnodige alarmen veroorzaken.

De alarmniveaus voor EC, pH en EC-voorregeling worden per recept ingesteld, met uitzondering van EC van drainagewater en pH van drainagewater. Deze alarmniveaus hebben absolute lage en hoge waarden. Als de gemeten waarden buiten dit bereik vallen, wordt er na de vertraging een alarm geactiveerd. Verschil alarmniveau is een relatieve instelling. Als het verschil tussen de gemeten waarde en het gewenste niveau groter is dan de waarde die hier is ingesteld, wordt er na de vertraging een alarm geactiveerd. In het geval van EC en pH wordt er ook een alarm na de vertraging geactiveerd als het verschil tussen de twee sensoren dit niveau overschrijdt.

Er kunnen ook alarmen voor de spoelkranen worden ingesteld. Het maximale en minimale debiet wordt gebruik wanneer een spoelkraan actief is. Als de hoeveelheid water langer dan de Vertraging voor activeren debietalarm kraan onder of boven dit debiet ligt, activeert het systeem een spoelkraanalarm. Deze vertraging wordt gebruikt zodat de eerste stroom water die optreedt wanneer een spoelkraan voor het eerst opent, geen alarm activeert. Let op: het watersysteem stopt niet als er een spoelkraanalarm is opgetreden.

Als een drukverschilschakelaar is geïnstalleerd, kunnen alarmen worden ingesteld voor het watertoevoerfilter. Normaal gesproken zal nadat het filter is gereinigd de druk op het filter laag zijn tot het filter weer vervuild is. Het is mogelijk om Een alarm te activeren als het filter weer vuil wordt binnen X minuten nadat het watersysteem sinds reiniging draait. Als de drukverschilsensor kort na reiniging een drukverschil meet, kan dat betekenen dat het filter niet goed is gereinigd of dat de watertoevoer erg vervuild is. Deze vertragingstijd wordt alleen geteld wanneer het watersysteem draait.